
Farao Shepseskaf

Shepseskaf, de laatste door de Egyptische bronnen, o.a. de
Palermo-steen, als dusdanig erkende koning van de 4e dynastie. Op
grond van de theorie van L. Borchardt wordt door velen aangenomen
dat hij de opvolger werd van Mycerinus tengevolge van zijn huwelijk
met diens dochter Chentkaus.
Volgens H. Altenmüller echter (Sahure) zou Chentkaus de dochter zijn
van de prins Hordedef, zoon van Cheops en broer van diens opvolger
Radedef, tevens de moeder van Sahure en Neferirkarê.

Helck/Otto houden Shepseskaf voor de zoon van Mycerinus en wijzen
hem als echtgenote zijn eigen zuster Chamerernebti II toe.
Shepseskaf was de eerste die door een decreet vrijstelling van
belasting moest verlenen aan de fundaties die bij de piramiden
hoorden. Zeker deden zich moeilijkheden in het koningshuis voor op
het einde van deze dynastie. Daarom wellicht legde Shepseskaf zijn
graf aan in Zuid-Sakkara. Hij liet de piramidebouw varen en gaf het
de vorm van een reusachtige sarcofaag; vandaar zijn huidige naam
Mastabat el Fara'ūn (zie foto boven). Een soortgelijk graf werd voor
Chentkaus te Gizah gebouwd.

|