Kolossen van Memnon

Daar waar ooit de ingang was van één van de grootste dodentempels van Thebe, staan nu nog twee enorme beelden. Van de dodentempel van Amenhotep III is vrijwel niets overgebleven, daar, waar de buitenste ommuring heeft gestaan is nog een richeltje stenen zichtbaar. Dit geldt niet voor de enorme kolossen. Beide staan, hoewel flink beschadigd, nog steeds dagelijks de enorme aantallen toeristen op te wachten.

De dodentempel van Amenhotep III werd al in de oudheid hergebruikt om zijn materialen. Daarnaast miste de verwoestende jaarlijkse overstromingen van de Nijl zijn uitwerking niet. Alleen de 20 meter hoge bouwwerken, die de goddelijke farao moesten voorstellen, konden aan mensen en het natuurgeweld ontsnappen. Hoewel, tijdens de aardbeving van 27 v.Chr. stortte de noordelijke kolos gedeeltelijk in. Sinds die tijd maakte deze kolos vreemde geluiden op het moment dat de zon opkomt en door de opwarming de vochtigheid van de nacht verdrijft.

Naast de afbeelding van Amenhotep III werden de beelden geflankeerd door een beeltenis van de echtgenote, koningin Teje, en door de moeder, Moelemoela. De kolossen zijn zo'n 20 mtr. hoog. Ze zijn het enige dat overgebleven is van een grote tempel gebouwd door Amenhotep III. De kolossen van Memnon danken hun naam aan de fantasie van Griekse en Romeinse schrijvers. Tacitus, Strabo en Philostratus schreven er verhalen en gedichten over. Volgens hen waren de beelden de personificatie van de mythische Memnon die de zoon was van de Grieks-Romeinse godin Aurora en de Egyptisch-Ethiopische koning Thitonius. Toen hij in de oorlog van Troje zijn vijand Antilochus versloeg, werd hij vermoord door de wraakzuchtige Achilles. De godin Aurora was zo verdrietig om zijn vroegtijdige dood, dat ze aan de oppergod Zeus vroeg om haar Mensenzoon eenmaal per dag tot leven te wekken wanneer ze aan de oostelijke horizon verscheen. Bij het zien van zijn moeder als de opkomende ochtendzon weende Memnon bittere tranen in de vorm van dauwdruppels en hief een langgerekt gehuil aan.                                                      

De mythe en de feiten mengden zich met elkaar toen in 27 v.Chr. een aardbeving de beide beelden zwaar beschadigde. Men twijfelt nog of de aardbeving de werkelijke oorzaak was, daar Cambyses (525-522 v.Chr.) verantwoordelijk geacht werd voor de beschadigingen. In de Romeinse tijdsperiode kwamen 'toeristen', 's morgens bij het opkomen van de zon naar het zingen en het huilen van de beelden luisteren. De wetenschappelijke verklaring was heel eenvoudig. Door de grote temperatuurswisselingen tussen dag en nacht ontsnapte er lucht uit de spleten en holten van het rechtse beeld. Dit produceerde het zogenaamd zingen. Toen in 193 n.Chr. keizer Septimus Severus de beelden restaureerde, hield dit merkwaardig fenomeen op te bestaan en hadden de lokale bewoners een toeristische attractie minder.

Archeologen hebben in Egypte delen van een uniek en gigantisch beeld van farao Amenhotep III ontdekt. Het gaat om het hoofd van de farao. Het beeld is 1,2 meter hoog en is nog in redelijk goede staat. Het beeld is gemaakt van albast. Ondanks dat het zo groot is, is het gezicht zeer goed uitgehouwen en goed geproportioneerd.

Tempel Amenhotep III
De archeologen troffen het beeld aan nabij de tempel die ter nagedachtenis aan Amenhotep III werd opgericht. Van die tempel is niet veel meer over. Waarschijnlijk werd deze in 27 v. Chr. door een zware aardbeving verwoest. Maar de twee enorme beelden die één van de ingangen moesten bewaken, staan er nog steeds en zijn wereldberoemd: de kolossen van Memnon.

Herstellen
Het hoofd dat de archeologen hebben gevonden, behoort waarschijnlijk toe aan een andere kolos die ooit bij een andere ingang de wacht hield. In eerdere opgravingen waren al delen van de tronen van deze kolossen teruggevonden. De Egyptenaren willen de kolossen aan de andere kant van de tempel in de toekomst herstellen en uiteindelijk weer terugplaatsen. Naast het enorme hoofd vonden de archeologen ook een klein beeldje terug. Dit beeldje is 28,5 centimeter groot en laat het hoofd van een mannelijke god zien. Tevens werd er een steen teruggevonden met daarop hiërogliefen en enkele tekeningen van Amenhotep III en zijn vrouw Teje. Er zijn met name de laatste tijd heel veel beelden van Amenhotep III teruggevonden. Waarom er zoveel kunst aan de farao werd besteed, is onduidelijk. Mogelijk probeerde hij de goden met de beelden gunstig te stemmen. Amenhotep III was de opa van Toetanchamon
.

Menu