 |
 |

Farao Merenptah

Merenptah was vermoedelijk de 13e zoon en opvolger van de grote farao
Ramses II die 67 jaar regeerde. Merenptah
erfde Egypte van zijn vader op het hoogtepunt van haar macht. Het eerste wat Merenptah deed toen
hij Farao werd was het verplaatsen van de Hoofdstad. Ramses II had deze in de
Nijldelta laten bouwen en Merenptah verplaatste de hoofdstad terug naar
Memphis. Onder Ramses II was er een vredesverdrag opgericht met het Hettische Rijk, de
aartsvijand van Egypte. Merenptah respecteerde dit verdrag. Het Hettische Rijk
werd echter onder de voet gelopen door de Zeevolken. Deze, afkomstig uit het
gebied rond de Zwarte Zee, waren zo sterk en goed georganiseerd dat zij diep in
het land van Egypte konden doordringen. Merenptah antwoordde met de oprichting
van een enorm leger en ging het gevecht aan met de Zeevolken. Tijdens een grote
militaire campagne versloeg het leger meer dan 8000 vijandige soldaten. Dit was
de grootste militaire overwinning sinds het overlijden van Ramses II.
Het was ook vermoedelijk onder Merenptah dat de Hebreeërs massaal uit Egypte wegtrokken. De
in de bijbel genoemde uittocht (exodus). Het is dan ook dat op een van de stèles, opgericht ter meerdere glorie van Merenptah, er gesproken wordt over het
land Israël.
Merenptah regeerde niet erg lang. Dit komt door de lange regeringsperiode van
zijn vader, en door zijn eigen hoge leeftijd toen hij de Egyptische
troon besteeg. Wel zijn er veel bijzondere dingen voorgevallen onder
zijn bewind. Ook is hij erin geslaagd de grootsheid van Egypte te
behouden zoals zijn vader en grootvader
Seti, hadden gedaan. Iets wat na de dood van Merenptah door diens
opvolgers al heel snel teniet is gedaan.
Merenptah stierf een natuurlijke dood in 1214 v. Chr. Zijn
mummie is begraven in een dodentempel
vergelijkbaar met die van zijn vader in het
Dal der Koningen.
Daar is de tombe van Merenptah in 1903 door
Howard Carter
ontdekt. Zijn mummie bleek echter niet meer in de tombe te liggen. Die
bleek al reeds in 1898 ontdekt te zijn tesamen met de mummies van 9 andere koningen uit het Oude Egypte in het graf van
Amenhotep II. Deze tombe lag
in Deir el-Bahri. Al deze mummies waren daar neergelegd door priesters die bang
waren dat hun originele tombes geplunderd en de Koninklijke
mummies verbrand of verminkt zouden worden. |
Dodentempel Merenptah

Hoewel deze opstanden anders doen vermoeden wilde Merenptah de vreedzame
relaties tot andere volkeren aanhouden. De Hettieten koning in Syrië kon een
inval verwachten uit het noorden en zag dat zijn volk leed onder een enorme
hongersnood. Onder de condities van het verdrag van zijn vader Ramses II besloot
Merenptah te helpen na een hulpkreet. Hij stuurde schepen afgeladen met graan
naar Syrië. Nog een interessant aspect van het koningschap van Merenptah is het
feit dat hij het administratieve hart van Egypte verplaatste van de door zijn
vader gestichte stad Piramesse terug naar
Memphis, alwaar hij een koninklijk
paleis liet bouwen naast de tempel van Ptah. In het oude
Thebe liet hij een
dodentempel bouwen, gemaakt van de stenen van het oude dodentempel van Amenhotep III. Daarnaast bouwde hij in
Abydos en
Dendera
en liet hij verscheidene inscripties en beeldhouwwerken achter door het
gehele land. De koninklijke mummie van Merenptah ligt nu in het Egyptisch Museum in
Caïro. In hetzelfde museum waar ook zijn vader en grootvader
hun laatste rustplaats gevonden hebben.
Merenptah wist in 1219 v.Chr. aan de westzijde
van de Nijldelta een aanval af te slaan van zeevolken, gesteund door de Lybiërs.
Merenptah was de dertiende zoon die zijn vader Ramses II opvolgde ten tijde van
het overlijden. Merenptah (hetep-her-maat) was de geboortenaam van de farao wat
zoveel betekende als 'Geliefde van Ptah'. Hij besteeg de troon onder de naam
Ba-en-re Mery-netjeru. Zijn leeftijd was inmiddels al niet meer echt gering. Met
zijn naar schatting zestig jaren had hij zijn twaalf oudere broers
waarschijnlijk simpelweg overleefd. Zijn koningschap staat enigszins bekend als
saai alsmede een betrekkelijk korte tijd van ongeveer 10 jaar.
Hij trouwde Istnofret, die naar alle
waarschijnlijk zijn zuster was en een koningin genaamd Takhat, hoewel over dit
huwelijk nogal te twisten valt. Hij kreeg een zoon: Seti-Merenptah. Deze zoon
zou later in de geschiedenis de troon bestijgen als opvolger van Amenmesse, zoon
van Merenptah en Takhat, onder de naam Seti II. Het is niet onwaarschijnlijk dat
Amenmesse de troon besteeg bij het overlijden van zijn vader door gebruik te
maken van de afwezigheid van Seti-Merenptah.
Er is vrijwel niets bekend over de jonge jaren van Merenptah. Pas vanaf het
veertigste regeringsjaar van Ramses II komt daar verandering in. Hoewel hij
ongeveer twaalf jaar kroonprins was voorafgaande aan de dood van
Ramses
II wordt in
het veertigste regeringsjaar bekend gemaakt dat Merenptah generaal van het leger
wordt. Het mag niet verrassend heten dat we waarschijnlijk daarom vrijwel alles
wat we weten militaire activiteiten van Merenptah betreffen. In het 55ste
regeringsjaar
van Ramses II, als Ramses II zijn 80ste verjaardag viert, wordt Merenptah
officieel kroonprins op respectabele leeftijd van 48 jaar. Naar alle
waarschijnlijkheid denkt
men dat Merenptah in de laatste jaren van Ramses II de touwtjes al stevig in
handen had.
|

|
 |
 |
|