 |

Thebe - het tegenwoordige Luxor - Egypte

Thebe, gelegen aan
de Nijl in het midden van Egypte,
was in de oudheid lange tijd de belangrijkste stad in Opper-Egypte
en staat tegenwoordig bekend als
Luxor. De stad was ook gedurende
enkele perioden de hoofdstad van het gehele land en bloeide
cultureel vooral tijdens de 12e en 18e dynastie. In de omgeving van
de stad bevinden zich enkele tientallen tempels en ontelbare graven
van werklieden, ambtenaren, priesters, adel en koningen die getuigen
van haar bloei. Thebe bleef ook na de 18e dynastie nog lange tijd
belangrijk en was zelfs bij de Grieken gekend omwille van haar
weelde. Zo noemde Homerus het, de stad met de honderd poorten.
Geschiedenis van de stad
Thebe was lang een onbeduidend stadje en werd pas tijdens de elfde
dynastie belangrijk, toen ze meteen de hoofdstad werd van een
verenigd Egypte aangezien de lokale heersers van Thebe er toen in
slaagden het land na een roerige periode weer onder één troon te
verenigen. Tijdens de volgende dynastie werd ze echter weer
vervangen door een nieuwe stad, 'Itj-Tawy' (wat beide landen
bindt) in het noorden, op de traditionele grens tussen Opper en Neder-Egypte.
Tijdens de 17e dynastie werd de stad opnieuw belangrijk en met de
opvolgende 18e dynastie, dezelfde familie als de 17e dynastie maar
nu aan de macht, werd de stad andermaal hoofdstad van het verenigde
en van de Hyksos bevrijde Egypte. Dit markeert meteen
het begin van het Nieuwe Rijk in de Egyptische geschiedenis.
Gedurende ruim twee eeuwen vanaf 1550 v.Chr. was Thebe de machtigste
stad ter wereld. Aan het einde van de 18e dynastie werd Thebe
kortstondig als hoofdstad vervangen door Achetaton (oftewel de
horizon van 'Aton' (de zonneschijf), ook wel
Amarna genoemd, door farao
Achnaton (Akhnaten),
die een vorm van monotheïsme (geloof in één God) invoerde.
Farao
Toetanchamon verhuisde de administratie wederom naar Thebe en
voerde de terugkeer naar de traditionele religie van Egypte door en
herstelde de verering van alle oude goden. Kort na Toetanchamon kwam
de 19e dynastie aan de macht en tijdens de regering van farao
Ramses II werd de hoofdstad weer naar het noorden verlegd, naar Pi-Ramesse
in de Nijldelta. Thebe bleef echter tot laat in de oudheid een
belangrijke stad, voornamelijk vanwege de aanwezigheid van het
heiligdom van de Egyptische oppergod Amon-Ra te Karnak (Oud-Egyptisch
'Ipet-Isoet', 'meest heilige plaats'). De hogepriesters van Amon
zouden vanaf
Ramses III zeer veel autonomie krijgen en tijdens de
21e dynastie riepen dezen zich zelfs uit tot
farao. Pas in de Late
Periode zou de macht van Thebe sterk afnemen, ten voordele van
Memphis, Saïs en uiteindelijk, onder de Ptolemaeën,
Alexandrië.
In 661 v.Chr. werd de stad zwaar beschadigd door de Assyriërs toen
dezen het opstandige Thebe binnenvielen. In 207/206 v.Chr. en
187/186 v.Chr. volgde een verdere verwoesting van de stad toen het
Egyptisch 'nationalisme' toenam onder de Ptolemaeërs. Vanaf de
Napoleontische expeditie in 1799 werd de stad opnieuw bewonderd en
sindsdien worden er bijna onafgebroken archeologische opgravingen
verricht.
Tegenwoordig is Thebe bekend onder de naam
Luxor (in het Arabisch Al-Uqsur; stad van kastelen/forten), die het kreeg toen het door de
Arabieren werd veroverd. Deze naam slaat op de aanwezigheid van een
Romeins fort, of 'castrum' op het terrein van de
tempel van Luxor.
De bekende, klassieke naam 'Thebe' werd door de Grieken aan de stad
gegeven. De oorspronkelijke, Egyptische naam van Luxor/Thebe was
Waset, wat vrij vertaald 'de voorname' betekent en ook wel als 'de
stad van de scepter' wordt vertaald. Dit laatste omdat de
hiëroglief voor 'Waset' (waarmee de plaatsnaam dus geschreven werd) een
aangepaste 'Was'-scepter is; een Oud-Egyptisch symbool voor macht,
succes en waardigheid. Op afbeeldingen in tempels en graven ziet men
de Egyptische goden vaak een dergelijke Was-scepter in de hand
houden. Waset was tevens de naam van de gehele provincie waarin de
stad lag, de vierde nome van boven-Egypte, waarvan de officiële
hoofdstad overigens niet Thebe/Waset was maar de stad Per-Montoe
(het huidige Armant). Andere Egyptische namen voor Thebe waren 'Nioet',
wat simpelweg 'de stad' betekent en 'Ioenoe Sjemaa', de 'zuidelijke
zonnestad' (dit in tegenstelling tot de in het noorden gelegen
belangrijkste cultusplaats van de zonnegod Ra, Ioenoe - door de
Grieken Heliopolis genoemd - waarvan de restanten zich onder een
noordoostelijke buitenwijk van
Caïro
bevinden).
Bouwwerken
Deir el-Medina
Tempel van Hathor (Thebe)
Arbeidersdorp (Deir el-Medina)
Deir el-Bahari
Dodentempel van Hatshepsut (Deir el-Bahari)
Dodentempel van Mentoehotep II (Deir el-Bahari)
Dodentempel van
Thoetmoses III (Deir el-Bahari)
Paleis van Amenhotep III (Thebe)
Tempel van Isis (Thebe)
Karnak tempel
(Ipet-Isut)
Tempel van Aton
Tempel van Amon
Tempel van Opet
Tempel van Chonsoe
Tempel van Montu
Tempel van Mut
Luxor tempel
(Ipet-Resyt)
Tempel van Ramses III (Medinet Haboe)
Dodentempel van Ay en Horemheb (Medinet Haboe)
Dodentempel van
Amenhotep III
Kolossen van Memnon
Dodentempel van Ramses IV
Dodentempel van Thoetmoses IV
Dodentempel van
Thoetmoses III
Tempel van Thoth (Thebe)
Tempel van Seti I (Koerna)
Dodentempel van Merneptah
Ramesseum -
Ramses II
Graven der Edelen
Vallei der Koningen
Vallei der Koninginnen
|

Bronnen en literatuur:
Arnold D., The encyclopedia of ancient Egyptian architecture, 2003
Baines J.& Malek J., Atlas of Ancient Egypt, 1980
Helck, L.Ä., VI, 1986, p. 465-473
Nims C.F., Thebes of the Pharaos, 1965
Shaw I. & Nicholson P., The dictionary of Ancient Egypt, 1995
Strudwick N. & H., Thebes in Egypt, 1999
Wikipedia
|
 |